Mieke van der Wall-Duyvendak
1922-1992, Eerste vrouwelijke burgemeester in Gelderland
Mieke (Mia) van der Wall-Duyvendak werd op 16 september 1922 te Nijmegen geboren als dochter van H.W. Duyvendak, accountant en later Nederlands-hervormd predikant, en M.S. Moulijn.Zij trouwde op 17 november 1943 met mr.Sake van der Wall,advocaat en procureur in Haarlem (1917-1949).Uit dit huwelijk werden drie kinderen geboren.Mieke van der WallDuyvendak overleed te Heemstede op 24 januari 1992.
http://www.historici.nl/media/bwg/images/4/-045.jpg
Burgemeester Van der Wall-Duyvendak kwijt zich van haar huishoudelijke taken. (foto: particuliere collectie)

In 1964 kreeg Geldermalsen als eerste gemeente in Gelderland een vrouwelijke burgemeester. De benoeming van de toen 42-jarige Mieke van der Wall-Duyvendak, afkomstig uit de Partij van de Arbeid, ging niet zonder slag of stoot. De Commissaris van de Koningin in Gelderland mr. H.W. Bloemers zag liever een man op deze post. Maar minister van Binnenlandse Zaken mr. E.H. Toxopeus zag in Mieke van der Wall de juiste vrouw op de juiste plaats en droeg haar voor benoeming voor. Op 29 september 1964 tekende koningin Juliana het Koninklijk Besluit. Mieke van der Wall was de tweede vrouw die in Nederland de ambtsketen kreeg omgehangen. Op dezelfde dag werd in het Utrechtse Leersum Tine ’s Jacob-des Bouvrie (VVD) tot burgemeester benoemd. Achttien jaar daarvoor, in 1946, was Truus Smulders-Beliën als eerste vrouwelijke burgemeester (KVP) aangetreden in het NoordBrabantse Oost-, West- en Middelbeers.

Mieke groeide op in een Nederlands-hervormd milieu. Haar moeder was predikantsdochter, haar vader aanvankelijk zendeling in Nieuw-Guinea, na zijn terugkeer in Nederland accountant en vervolgens predikant in Heemstede. In haar jeugd ging zij op school in Haarlem. De padvinderij was haar hobby. Na het eindexamen MMS volgde ze een opleiding tot lerares koken. Ze brak die af na haar huwelijk in 1943 met mr. Sake van der Wall. Deze toen 26-jarige advocaat en procureur was als kind getroffen door polio. Ondanks zijn invaliditeit was Sake maatschappelijk zeer actief. Kort na de oorlog werd hij wethouder voor de Christelijk- Historische Unie (CHU) in Haarlem. In februari 1946 maakte Sake de overstap naar de toen opgerichte Partij van de Arbeid. Ook Mieke meldde zich als PvdA-lid aan.

Na het overlijden van haar man in 1949 bleef zij achter met drie opgroeiende kinderen. Haar politieke interesse was toen al duidelijk aanwezig. Begin jaren ’50 werd zij bestuurslid van de Protestants-Christelijke Werkgemeenschap (PCWG) binnen de PvdA. Van 1953 tot 1962 was zij gemeenteraadslid in Haarlem. Dit raadslidmaatschap combineerde zij met haar zorgtaken voor de kinderen en met een studie politieke en sociale wetenschappen aan de Universiteit van Amsterdam, die zij echter niet voltooide. In de raad toonde zij haar sociale betrokkenheid. Ze wist onder meer te bereiken dat een bepaling uit het ambtenarenreglement werd geschrapt waarin stond dat een vrouwelijke ambtenaar die trouwde, ontslag kreeg. Buiten het raadswerk zette zij zich jarenlang in voor de opvang van Hongaarse vluchtelingen. In 1959 werd zij secretaris-directeur van de Stichting voor Bijzondere Sociale Zorg en Maatschappelijk Buurtwerk in Haarlem, die zich inzette voor sociale integratie van probleemgezinnen.

Begin jaren ’60 werd haar ambitie voor het burgemeesterschap gewekt door een vraag van Rita de Bruyn Ouboter van de PvdA-Vrouwenbond: “Moet jij niet eens solliciteren naar een burgemeesterspost?” Na aanvankelijke aarzeling besloot zij de stap te wagen. De toenmalige ‘burgemeesterslobbyist’ van de PvdA-fractie J.H. Scheps, die zij kende uit de PCWG, maakte haar attent op een vacature in Geldermalsen. Deze plattelandsgemeente telde toentertijd ongeveer 7.000 inwoners. De bevolking was overwegend protestants-christelijk. De PvdA had er een sterke positie: zij leverde 6 van de 13 raadsleden en een van de twee wethouders. Scheps arrangeerde in het diepste geheim een ontmoeting met die PvdA-wethouder, H. Vink, om hem te vragen hoe een vrouwelijke PvdAburgemeester bij de verschillende partijen zou vallen. Vinks antwoord was positief. Daarop bracht Scheps in een gesprek met minister Toxopeus onder de aandacht dat mevrouw Van der Wall een geschikte kandidate voor Geldermalsen zou kunnen zijn. Tegelijkertijd maande Scheps haar om voorzichtig te zijn: “Mag ik u wel dringend verzoeken over uw sollicitatie met zo min mogelijk mensen te spreken. Er zijn nu eenmaal nog te veel mannen, die geen vrouw aan het roer willen en die zich niet uitverkoren achten een kapiteine te benoemen.”

De belangstelling voor de burgemeesterspost was groot. Er dienden zich 34 sollicitanten aan, allen mannen, onder wie vijf zittende burgemeesters. Commissaris van de Koningin Bloemers maakte een voordracht van drie personen, allen Nederlands-hervormd en allen PvdA. Niet mevrouw Van der Wall kwam bovenaan het lijstje te staan, maar een oudburgemeester, die voorheen kabinetschef van de Gelderse commissaris was. Op zich achtte Bloemers mevrouw Van der Wall wel “een reële candidate” gezien haar ervaring in de sociaal-maatschappelijke sector maar een bezwaar leek hem dat zij “niet beschikt over directe ervaring op gemeentelijk terrein.” Bovendien waren er plannen om Geldermalsen samen met een aantal andere gemeenten te herindelen. Daardoor zou een gemeente van ongeveer 17.000 inwoners met een vrij uitgestrekt grondgebied ontstaan. Mr. Bloemers: “Is dat voor een vrouwelijke burgemeester geschikt? Tochten bij nacht en ontij alleen over het plattelandsgedeelte van de nieuwe gemeente.” Maar minister Toxopeus zette door. De commissaris zwichtte en Mieke van der Wall werd per 16 oktober 1964 benoemd tot burgemeester. In Geldermalsen zorgde het nieuws voor grote opwinding. Een verslaggever van een streekblad die Mieke van der Wall kwam interviewen, verwoordde dit treffend: “Mevrouw, u sloeg in als een bom”. Mevrouw A. baronesse van der Borch tot Verwolde-Maris van de ARP/CHU-fractie had de benoeming van een seksegenote tot burgemeester als “een schok” ervaren. VVD-raadslid H. van Erkom vond het wel “even wennen”.

Tijdens het ruim veertien jaar durende burgemeesterschap van Mieke van der Wall kwam er veel tot stand. Geldermalsen kreeg een sociaal medisch centrum, de woningdistributie werd verbeterd en het regionale woonwagenwerk kreeg een impuls. “Zij was een van de weinige Betuwse burgemeesters die gewoon een woonwagenkamp opwandelde en met de mensen ging praten”, aldus haar zoon Evert. Mieke van der Wall was een levenslustige, scherpzinnige vrouw, praktisch ingesteld, sterk in sociale contacten, zoekend naar wat mensen bindt, soms ook scherp en dominerend. Vanwege haar grote sociale bewogenheid werd zij al spoedig ‘de moeder van Geldermalsen’ genoemd. Aan de kwalificatie ‘burgermoeder’, ook toen veelvuldig gebruikt, had zij overigens een hekel, zij zag haar positie als louter functioneel. Zij was een veel- en graag geziene vertegenwoordiger in lokale, regionale en landelijke organisaties op kerkelijk en sociaal gebied; ook maakte zij deel uit van het partijbestuur van de PvdA.

Haar herbenoeming als burgemeester in 1970 verliep moeiteloos. Commissaris van de Koningin Bloemers typeerde haar bij die gelegenheid als “een besluitvaardige, opgewekte, ontwikkelde, maar boven alles vriendelijke en nuchtere vrouw, die als burgemeester (...) door het ambtenarenapparaat en de bevolking van Geldermalsen, maar ook door haar medebestuurders en in de kring van haar collega’s volledig is geaccepteerd. Ondanks haar handicap, dat zij er als weduwe alleen voor staat, thuis geen klankbord vindt en bijvoorbeeld ook alle representatieve verplichtingen alleen moet vervullen, heeft zij zich weten te ontwikkelen tot een volwaardige burgemeester.” Zes jaar later velde ook Bloemers’ opvolger mr. W.J. Geertsema een zeer positief oordeel.

In de tweede helft van de jaren ’70 kregen de herindelingsplannen voor Geldermalsen vaste vorm. Mieke van der Wall liet commissaris Geertsema weten dat zij geen burgemeesterschap ambieerde van een veel grotere gemeente Geldermalsen. In 1979, een jaar na haar vertrek, kreeg haar bestuurlijke loopbaan een vervolg, toen zij benoemd werd tot voorzitter van het dagelijks bestuur van Het Dorp, de woongemeenschap van gehandicapten bij Arnhem. De stichting van Het Dorp was mogelijk geworden dankzij de eerste nationale televisie-inzamelingsactie in ons land, in 1962 gepresenteerd door Mies Bouwman. De nieuwe functie was de oud-burgemeester op het lijf geschreven, niet alleen bestuurlijk. Als weduwe van een op jonge leeftijd invalide geworden man wist zij welke moeilijkheden gehandicapten te overwinnen hebben. “Zij kon bijna geen openbaar gebouw betreden zonder kritisch te kijken naar de toegankelijkheid ervan voor rolstoelers”, aldus haar zoon Evert. Actief was Mieke van der Wall daarnaast in organisaties die zich inzetten voor oud-verzetsmensen. Haar woonplaats Geldermalsen had zij toen al verwisseld voor Zoelen, in de Tielerwaard, waar zij tien jaar woonde. Omdat het beter was voor haar gezondheid en voor haar sociale contacten verhuisde zij in 1988 naar Heemstede, vlak bij Haarlem. Daar had ze nog altijd vele vrienden en kennissen. In 1992 zou Mieke van der Wall-Duyvendak geheel onverwachts overlijden, 69 jaar oud. Vijf jaar later eerde Geldermalsen haar ‘moeder’ door een straat naar haar te vernoemen.

Literatuur

  • J. de Roos, ‘Als een bom. Mieke van der Wall-Duyvendak, de eerste vrouwelijke PvdA-burgemeester’, in: Idem, Met enige schroom. Pioniers van het lokaal bestuur, Amsterdam 2000, 122-131
  • J. de Roos, ‘De lonkende ambtsketen. De eerste generatie vrouwelijke PvdA-burgemeesters’, in: Idem, Besturen als kunst. Lokale sociaal-democraten 100 jaar verenigd, Amsterdam 2002, 216-225
  • E. van der Wall, ‘Mia (Mieke) van der Wall-Duyvendak, 16 september 1922-24 januari 1992’, in: Jaarboek Haerlem 1992, 243-246

Bronnen

  • Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, Den Haag, dossier M. van der Wall-Duyvendak
  • Internationaal Instituut voor Sociale Geschiedenis, Amsterdam, Archief Partij van de Arbeid, dossiers burgemeestersbemoeiingen; Archief Wiardi Beckman Stichting, dossiers vrouwelijke burgemeesters
  • E. van der Wall (†), Amsterdam, Collectie M. van der WallDuyvendak
  • GA Geldermalsen en Streekarchivariaat West-Betuwe, notulen gemeenteraad Geldermalsen 1964 e.v.; documentatie over M. van der Wall-Duyvendak
  • Interviews met drs. E. van der Wall (†) te Amsterdam en mr. E.H. Toxopeus te Zoeterwoude
Jan de Roos
Uit: Biografisch Woordenboek Gelderland, deel 4, Bekende en onbekende mannen en vrouwen uit de Gelderse geschiedenis. Redactie: dr. J.A.E. Kuys (eindredactie), drs. C.A.M. Gietman, drs. R.M. Kemperink, E. Pelzers en dr. P.W. van Wissing. Verloren Hilversum, 2004, pagina's 131-133.